In elk systeem is altijd sprake van een orde, een volgorde. Zoals in het familiesysteem vader voor moeder gaat, zo gaan in een organisatiesysteem de directeur/ eigenaar voor een werknemer. Vader gaat voor moeder binnen het familiesysteem vanuit het oeroude gegeven dat de man zorgde voor het voedsel en de vrouw zorgde voor de kinderen. Dit gegeven is door Bert Hellinger in alle opstellingen die hij gedaan heeft naar voren gekomen en is geen afspiegeling van onze maatschappij, maar een onbewuste ordening binnen het familiesysteem van generaties terug, waar we nog mee verbonden zijn. De ordening kan echter in specifieke situaties anders zijn, dat wijst dan de opstelling uit.
Binnen organisaties helpt het soms al om deze (volg)orde helder te maken wanneer iets in de ordening wringt of niet klopt. Vanuit de leiding zet de ordening zich voort in alle andere organisatielagen.
Een andere systemische wet vanuit de ordening is dat de medewerker die het langst werkt in een organisatie voor gaat op medewerkers die net binnenkomen. Dit wordt anciënniteit genoemd. De ordening is niet exact, maar volgt de stroming. Bijvoorbeeld, als een medewerker zeer belangrijk werk doet kan deze voor gaan op iemand die er langer werkt. Wanneer jij leiderschap neemt voor iets wat belangrijk wordt gevonden, ga jij dus voor. Als een team zelfsturend wordt, en wat zij doen heel belangrijk is binnen de organisatie, gaat dit team voor. Zo kan een belangrijk (multidisciplinair) team een grote bijdrage leveren aan de organisatie.
Het thema ‘ordening’ is niet eenvoudig in te vullen. Je kunt pas echt iets zinvols zeggen over de ordening wanneer je het hele systeem goed ‘op de foto’ hebt, dat wil zeggen, wanneer je vanuit een breed en overkoepelend perspectief het geheel, en alle onderdelen ervan kunt zien.
Een organisatie bestaat, gezien vanuit de systemische ordening, uit een functionele financiële hiërarchie: boven aan de directeur, dan de leiders, daarna de medewerkers. Financieel gezien staan de aandeelhouders, het bestuur en de raad van commissarissen nog boven de directeur/eigenaar bij vraagstukken die hen aangaan. Belangrijk is ook dat de voorwaardenscheppende persoon of groep voor gaat op de volgende generatie personen of groepen die erna komen. Iemand die de organisatie door een moeilijke periode gebracht heeft gaat voor een nieuwe manager die nu de voorwaarden schept voor de toekomst. Hoe meer (financiële) verantwoordelijkheid iemand draagt, hoe meer waarde deze vertegenwoordigt voor de organisatie. Geld is de bloedstroom van het organisatiesysteem.